image description

De haken en ogen van een Deense vistrip :  deel 1

Tekst en fotografie:  Geert Luinge

Hallo vismaat. Je hebt in de afgelopen 25 Noorse- en 7 Zuidelijke afleveringen kunnen lezen en zien welke haken en ogen je kunt tegenkomen tijdens een verre vistrip naar het buitenland. Maar eigenlijk kun je dichter bij huis, bijvoorbeeld in Denemarken, ook hele mooie visavonturen beleven.

We zullen de hengelsport mogelijkheden in Denemarken eens onder de loep nemen en ik zal je een paar stekken laten zien waar je als sportvisser heerlijk uit de voeten kunt. Als we vanaf de westelijke Noordzeekust door de Deense binnenlanden via Silkeborg doorsteken naar Middelfart op het eiland Funen en daarna via Svendborg doortrekken naar Langeland, dan kunnen we de hengelsport mogelijkheden in dit land wel overzichtelijk op een rijtje zetten.

Maar ... eerlijk is eerlijk... Denemarken is lang niet zo mooi als Noorwegen. Het vrij saaie, glooiende landschap met stroken van boerenakkers en gecultiveerde begroeiing is veel minder uitbundig dan de wilde ruige ongerepte Noorse natuur. Maar Denemarken heeft wel een aantal voordelen.

Ik noem er een paar:

- Het is dichter bij huis, dus minder ver rijden. Je kunt makkelijk veel bagage in de achterbak en eventueel zelfs je huisdier meenemen (onze poes gaat altijd mee op vakantie) en een fietsenrek of surfplank op het dak is ook no problem.

- Geen lastige vliegreis met bagagebeperking, geen luxe appartement en een dure (voor mijn hengelzooi meestal te kleine-) huurauto.

- Weinig problemen met de taal want de meeste Denen spreken redelijk goed Engels.

- Je kunt makkelijk de tent of caravan meenemen, geen dure veerpont oversteek en overal is plek zat

- Heel Denemarken is goed te bereiken, maar de Elb-tunnel blijft helaas wel een bottleneck, dus wie naar Denemarken rijdt moet zorgen dat 'ie niet rond het spitsuur in de buurt van Hamburg belandt.

- Denemarken is relatief vlak, dus je kunt er mooie fietstochten maken, lekker wandelen en uitwaaien.

- Je kunt vrij eenvoudig met je eigen boot-op-trailer naar bijvoorbeeld Middelfart rijden (waar ik samen met mijn vismaten jarenlang vanuit een boot geweldig veel vis hebben gevangen) en de trailerhellingen zijn meestal puik in orde.

- Er zijn genoeg wateren en stekken waar je zelf een boot kunt/mag huren om te gaan vissen.

- Overal in Denemarken zijn de dorpen en de winkels en de straten schoon, netjes en opgeruimd.

- Het land heeft een rijke historie. Dit is het land van de Vikingen, de Noormannen, oude volksstammen uit het hoge noorden die hun eigen kultuur en bouwstijl hebben behouden.

- De toeristische attrakties zijn van hoge kwaliteit en erg leuk als tijdverdrijf met het hele gezin. Zoals de pretparken van Sommerland ( Djurs- Farup en Saelland) en natuurlijk Legoland in Billund. Dat is echt een top-attraktie (ook voor volwassenen) die je gezien moet hebben.

Voor de vissers onder ons zijn er bijzonder mooie aquariums in Hirtshals, Thyboron, Silkeborg en Kastrup. Tenslotte heb je op elke camping goede voorzieningen, een kampwinkel, warme douches, schone toiletten,  een gemeenschappelijke kookgelegenheid, een speeltuin met een springkussen en een heleboel ruimte om lekker te flierefluiten. Dus Denemarken heeft nogal wat pluspunten.

Laten we beginnen aan de zuid-westkust. Wie de kaart van Denemarken bekijkt zal zien dat daar een paar eilanden liggen die lijken op onze waddeneilanden. Ze zijn best mooi en vooral als natuur- en vogel liefhebber kun je hier je hart ophalen, maar als sportvisser wordt je er geconfronteerd met vreselijk ondiep water. Zelfs als je héél ver ingooit... ligt je lood nog steeds op kniediep water.

Er zijn ook weinig havens waar een beetje water staat. Bij Esbjerg ligt wel een mooie doorgang tussen twee eilanden, waar het barst van de scharren en schollen, maar zoals zo vaak moet je eerst de wandelschoenen aantrekken en om op de beste stekken te komen moet je een flink eind zeulen met je spullen.

Een van de prettige eigenschappen van Denemarken is dat het een zeer vriendelijk land is, met genoeg ruimte, met weinig beperkingen en voorschriften. Wie gewoon voor 185 kronen (ongeveer 25 euro) een vergunning koopt voor een heel jaar, die mag overal in het zoute water een hengel uitgooien.

Parkeren is vrijwel overal langs de kust gratis, er is plek zat en alles is goed geregeld, de wegen zijn perfekt geasfalteerd en duidelijk bewegwijzerd, de mensen hebben het goed en zijn tevreden

... en als visser heb je echt een zee aan ruimte.

Even een paar cijfers:

  • Denemarken heeft minder dan 6 miljoen inwoners. Nederland momenteel ruim 17miljoen.
  • De oppervlakte van Denemarken is ongeveer 43.000 vierkante kilometer.
  • Nederland is  42.000 km2 dus dat is ongeveer even groot.
  • Maar de Deense kustlijn is meer dan 7000 km lang en die van Nederland ongeveer 500 km.
  • Dus dat betekent dat het er qua bevolking veel rustiger is dan in Holland (zegmaar 3 keer zo rustig) en dat je er langs de kustlijn veel meer ruimte hebt dan bij ons (zegmaar 14 keer zo veel ruimte), dus dan is het daar gemiddeld zegmaar 42 keer zo rustig als in Holland.
  • Natuurlijk klopt dit sommetje niet precies, maar je begrijpt wat ik bedoel.

Naar de top van Denemarken (waar je bij Hirtshals met de pont kunt oversteken naar Noorwegen) is het vanaf Amsterdam ongeveer 1000 km rijden, maar dan ben je de beste Deense stekken al voorbijgereden.

Aan de Noordzee westkust liggen bijvoorbeeld een paar verdomd interessante binnenzeeën, die via een smalle doorgang in verbinding staan met open zee. Dat moet een geheid goeie stek zijn. Bij Skjern stroomt bijvoorbeeld een rivier waar elk jaar grote zalmen worden gevangen en die vissen zullen toch via de smalle doorgang naar zee heen en weer trekken, net als een heleboel andere vissoorten. We zullen eens een kijkje nemen bij twee van die doorgangen, bij Hvide Sande en Thorsminde aan de westkust.

Wat meteen opvalt zodra je in Denemarken met je hengels aan het water verschijnt is dat er positief rekening wordt gehouden met sportvissers. Je moet niet raar opkijken als er op je stek een complete fileertafel met een emmer en een borstel zijn neergezet, voor algemeen gebruik. Vaak staan er zelfs picknick tafels en is er een (brandschoon) openbaar toilet in de buurt. Kortom: vissers worden met open armen ontvangen.

In de smalle doorgang bij Thorsminde (zie foto's) kan het eind april/begin mei een gekkenhuis zijn, en Hvide Sande is dan de absolute Haring-Hoofdstad van Denemarken. Dan barst het van de haringen die zich in reusachtige scholen door de smalle doorgang persen en hele hordes hebberige haringvissers staan er dan schouder aan schouder.

Ik hou ik niet zo van al die drukte, dus ik was daar in een rustiger periode en toen was de haringvangst niet echt om over naar huis te schrijven, of anders gezegd: waardeloos. De vissers die er toen nog fanatiek met haringtuigjes stonden te smijten hadden er aan het einde van de middag wel een paar in de emmer, maar wild was het niet. In die emmer zaten trouwens drie verschillende jaargangen. Blijkbaar zwemmen de scholen grote- en kleine haringen daar gewoon door elkaar. Had ik niet verwacht.

Ongeveer rond diezelfde tijd komen er ook grote scholen geep vanaf open zee, die door de trechter via de doorgang het binnenmeer inzwemmen en die blijven soms lange tijd op dezelfde plek in de stroming staan. Rustig afwachtend tot het voedsel vanzelf hun bek in stroomt.

Van een inboorling (aan wie ik vroeg of hij ook andere vissoorten had gevangen) kreeg ik de tip om eens met garnalen te gaan vissen op platvis. Op een vlak stuk strand ving ik met een garnalen-netje (dat ik al jaren meesleep en eigenlijk nooit gebruik, maar nu kwam het goed van pas) een zootje garnalen die ik in een emmer bewaarde.

Ik monteerde een schuifdobber met een stuitje (het water is hier ongeveer 4 meter diep) en een dunne onderlijn met een venijnig haakje... en ik liet zo'n garnaal vlak boven de bodem zweven.

In een stille hoek tussen de steigers en de kade kreeg ik meteen beet. En niet zo'n beetje ook ! Ik wil niet overdrijven, maar binnen een uur had ik 10 botten (tijdelijk) op de kant liggen en aan het einde van de middag een stuk of vijftig. Dat ging geweldig goed.

Dus de volgende avond zat ik er weer. Maar toen stond er veel meer stroming doordat de opkomende vloed zich door de sluisdeuren perste en mijn garnalen-dobber-montage werd keihard meegesleurd in de stroomnaad, dus dat was geen doen. Ik heb die avond nog lang staan gooien met allerlei lepels, pluggen, spinners en streamers, in de hoop dat ik hier een mooie zalm of zeeforel zou kunnen haken, maar de stand bleef nul-nul.

De dag daarna was het (bij het juiste getij) weer een grandioos botten-feest. Terwijl ik echt de ene na de andere platterik binnendraaide bleven de andere collega-vissers naast me stug doorvissen op haring, die er nauwelijks zat. Dus vrijwel niemand ving een haring, terwijl die gekke Hollander aan de lopende band botten stond te tikken.

Toch raar, dat zoveel vissers dan stug blijven doorgaan met wat ze doen, ook al vangt iemand anders veel meer. Okee, een bot is niet hetzelfde als een haring, maar ik stond vet te kicken en zij stonden zwaar te balen. Dus dat doe je toch iets fout. Dan moet je je aanpassen aan de omstandigheden. Dan moet je een andere onderlijn pakken en/of ander aas gebruiken om een andere vissoort te vangen. Of zie ik dat verkeerd ?

Struinend langs de oevers van het binnenmeer (het Ringkobingfjord) stuit ik op een muur van hermetisch afgesloten staand-want-netten. Niet zomaar eentje, hele rijen achter elkaar. Tientallen netten en fuiken. Maar daar kan geen vis meer langskomen !

In de fisk-speciaalzaak liggen polsdikke gerookte palingen in de vitrine en op een bord bij de Fiskeklub staat dat de minimum maat voor paling 38 cm is, dus dat je alle paling die groter is gewoon mag meenemen.... Maar dan heeft het natuurlijk ook verrekte weinig zin dat wij in Holland als sportvissers wèl elke paling terugzetten.

Wat me ook verbaasde was de prijs van de vis. Bij een openbare visveiling in Hvide Sande viel m'n bek open toen ik de veilingmeester de bedragen (in Deense kronen) en de prijzen hoorde opnoemen van de verschillende vissoorten.

Op een gegeven moment doet die baas één koolvis (van ongeveer 60 centimeter) in een plastic zak en hij begint met aftellen... Een vrouw naast me zwaait met haar hand... dus zij wil die vis wel kopen. Ze pakt haar portemonnee, maar ze heeft helaas geen Deense kronen... maar wel euro's... Ze betaalt met een briefje van 20 euro en ze houdt haar hand op om het wisselgeld te ontvangen... Maar nee... ze moet nog bijbetalen. Dus ze geeft hem een briefje van vijf... maar dat is nóg niet genoeg !

Ik geloof dat ik op dat moment flauwviel, dus de exacte prijs is me ontgaan, maar één vuile koolvis in een plastic zak kost hier meer dan 25 euro ! 

Het kan aan mij liggen, maar waar is de tijd gebleven dat je nog voor een kwartje een zak patat kocht ? Of een hele rol drop voor een duppie, of twéé pakkies kauwgom voor een stuiver. Vijf-en-twintig hele euroos ... dat is vijf-en-vijftig ouderwetse guldens... voor één visje ?  Daar kon je vroeger 220 zakken patat van kopen ! Die klap is hard aangekomen.

In de volgende afleveringen gaan we verder met onze vis-zoektocht door Denemarken. We rijden (met een caravan vol hengels) van noordwest naar zuidoost door het landschap. Langs de brasems bij Skanderborg, langs de zeeforellen rond Funen, de gullen bij Svendborg en de platvissen bij Langeland. Op zoek naar vis- en avontuur.
 

Tot volgende week.

Vissersgroeten van Geert Luinge

g.luinge2@upcmail.nl

ANDEREN LAZEN OOK