Dit soort van spannende dril smaakt naar meer, en al gauw vliegt mijn kunstaas weer richting einder. Ik hoef niet lang te wachten vooraleer ik nog eens mag aanslaan. Het is een wat kleiner exemplaar dit keer, maar dat deert me weinig. Daarna volgen een paar worpen zonder een aanbeet.
Als ik dan vanuit mijn ooghoeken wat kleine kolkjes zie, achter mij op het ondiepe, kan ik het weer niet laten. De “vangdrang-naar-vele-visjes” wint het op de drang naar het vangen van grote vissen. Ik knal de Fujin in die richting. Ik heb een beetje de wind mee, en daardoor vliegt mijn kunstaasje meters voorbij het schooltje. Dat is zeker geen nadeel, dan stoor ik ze niet met het plonsje van het vallende aasje. Tikkend vis ik binnen. Ik kan prima zien als mijn tikken op het goede ritme zitten, want dan knalt de Fujin lekker links en rechts, weg en weer. Als ik de zeebaarsjes zo benader, zie ik dat ze al van ver het ‘walk the dog’-gedrag van dat blinkende blauwe ding kunnen opvangen. Geënerveerd schieten ze er naartoe. Het duurt niet lang of de eerste aanvalletjes volgen. De eerste beet wordt gemist, de tweede vis schiet er na een vijftal meter ‘drillen’ af, maar direct is er één van de volgers die dan vindt dat het nu eens zijn beurt is, en knalt hard op het kunstaas. Machtig toch dat dit alles zo goed is te volgen in het ondiepe water! Veel gevecht is er niet aan deze 12-cm vis, maar toch leverde de aanblik van dit ‘follow and attack’ showspel me ruim wat visplezier op.
Niet veel groter dan mijn Fujin zelf
Ik kan het dus weer toch niet laten om me wat bezig te houden met die kleinere visjes. Ik vang er een rijtje, maar steeds meer hebben ze het spelletje door. Er wordt nog wel achtervolgd, maar niet meer echt aangevallen. Het blijft natuurlijk mooi om te zien, toch besef ik wel dat ik enigszins een beetje mijn tijd verdoe. Moest ik nu wisselen van kunstaasje, dan zou ik zeker nog een paar kleiner rakkertjes kunnen plukken, maar dat houd ik voor straks, als ik met de Acrux aan de slag ga. Eerst wil ik nog wat verder uittesten wat die Fierce-hengel aankan. Op het “aanvoelen” van de blank indertijd, vermoedde ik al dat hij meer aankon dan 5 gram, dus schakel ik over naar een wat groter aas. Eerst ga ik de Stream Ripper 75 proberen. Deze kleine pencilbait van Illex leverde me ook al veel aanbeten op. Hij weegt 10,5 gram, maar dat blijkt geen probleem te zijn voor mijn hengel. De Fierce-blank kan dit nog behoorlijk goed werpen blijkt. Vol vertrouwen vis ik het kleine Illex-aasje binnen. Dit hapje geeft weinig weerstand in het water, dus het binnentikken levert bijgevolg zeker geen problemen op. Drie worpen later gaat een knal door de top. De aanslag is raak, en ik moet weer aan de bak om de vis vanuit de oesterbankjes te houden. Dankzij de vorige overwonnen vissen, heb ik al meer het gevoel dat het me ook dit weer zal lukken. Het is een vis van om en bij de 25cm, dus het ‘gevecht’ valt best mee.
Om en bij de 25cm
Bij de volgende ligt het enigszins anders. Al bij de kracht van de aanbeet voel ik dat dit wel eens een groter exemplaar kan worden. Het was echt een knal op de hengel zoals deze waarvoor de zeebaarzen zo bekend staan. Direct na de aanslag slaat de slip aan, en moet mijn Inspiration molentje meters lijn afstaan. De vis gaat daarbij gelukkig volle bak evenwijdig met het talud. Ik probeer de hengel zo hoog mogelijk te houden zodat de dyneema weg kan blijven van scherpe schelpenranden. De slip valt stil, en tegelijkertijd zie ik de vis in de oppervlakte een bocht van 180° nemen. Hij komt nu schuin in mijn richting. Ik moet volle bak aan de slinger draaien om te voorkomen dat de lijn slap zou vallen. Na een paar meter gaat hij schuin naar het talud. Mijn hart bonkt zwaar in mijn keel. Aiaiaiai, dit lijkt niet goed te zullen komen. Toch geef ik me nog een kans, en dan zeker omdat de vis hoog blijft vechten. Opnieuw duidt een grote kolk aan dat de vis keert. Nu schiet hij volle bak richting Engeland. Opnieuw zingt de slip vol zijn heerlijke lied, om dan plots………………te stoppen met zingen, net als de hengeltop terug recht veert. Oei, dan toch nog gebroken? Ik begin te draaien aan de molenhaspel en voel weerstand. Het blijkt dat ik niets kwijt ben, de vis is gewoon los geschoten tijdens zijn snelle spurt. Er is ook geen enkele haak uitgebogen. Vreemd, maar vooral erg jammer. Ik had graag geweten hoe groot deze vis was die me deze super spannende momenten bezorgde.
De stek is aardig verstoord, ik krijg worpenlang geen actie. Dus stap ik 50 meter door om ‘versere’ visgronden te gaan bestoken. Bij de eerste worp al krijg ik er een dertiger op. De dril is heerlijk, maar lang niet zo hard als die van daarnet. Toch blijft het zeker een mooie troostprijs
Mooie troostprijs
Er blijkt een schooltje te liggen van dat formaat. Ik amuseer me er kostelijk op. Niet alle beten zijn keihard, maar zo een knaller na een paar zachtere aanbeten, is dan telkens een nog leukere ervaring. Alle drils zorgen echter wel voor die extra stevige spanning. Er schiet nog een exemplaar af waarvan ik vermoed dat hij wel veel groter is dan de hoge twintigers die ik wel kan vangen. Beetje bij beetje wordt ik die ook al gewoon, (een vissersziekte zeker?) en dus acht ik de tijd rijp om mijn lichtste stokje vanop het strand te gaan ophalen. Ik ga het voorzichtig aanpakken. Eerst met kleine aasjes en nog niet te ver uit de oever, zodat ik kan aanvoelen wat dat hengeltje allemaal aankan. Ik start met een bol plugje in de ondiepte; ook al om na te gaan als ze evengoed bolletjes pakken als slanke plugjes. Even nieuwsgierig ernaar zijn ze zeker; ze bestormen het wit-oranje ding onmiddellijk. Nu en dan schiet er zo een guppygroot zeebaarsje vol op af, maar zonder daadwerkelijk echt te pakken. Ze lijken er een beetje bang van. Dan stormt er vanop de zijkant een wat groter exemplaar toe. Deze gaat onmiddellijk in de aanval. Beng gaat het door de top, en die gaat direct rond.
De eerste op een bolletje
Wow, de drilbeleving is weer helemaal anders. Deze Acrux-hengel is echt nog stukken lichter dan de Fierce. Amai, dat belooft als ik straks de “grotere kleintjes” ga aanvallen!! Ik kan nog een paar soortgenootjes vangen, maar het loopt niet super. Ik vind dat er teveel vis ligt volgens wat ik vang. Dit moet beter kunnen, daarom schakel ik over naar een forellenlepeltje. Dit Windex-exemplaar maakt gans andere gevoelens los bij mijn prooien. Het is duidelijk dat ze er voller voor willen gaan. Hierop grijpen ook de hele kleintjes graag hun kans.
Een van de kleinere
Regelmatig mag mijn tellertje ééntje bijtikken, en ik bedenk dat ik volgens het materiaal zowat streetfishing aan het doen ben, maar dan op zee. Zeestraatvissen lijkt me echter een belachelijke naam, Na een reeksje kleine visjes is het tijd om wat dieper water op te zoeken. Toch blijf ik eerst met mijn worpen nog voor het talud. Eerst wil ik namelijk ondervinden hoe goed ik die wat grotere exemplaren ga meester kunnen. De worpen moeten nu tegen een lichtjes opgekomen wind worden ingezet. Er ver is dat niet met dit brede lichte lepeltje. Het is echter voldoende ver, want ik pluk al wat grotere zeebaarsjes.
Nog klein maar niet meer mini
Hm, normaal levert overschakelen naar groter aas ook de betere exemplaren op. Ik ga stelselmatig vergroten. Daarom diep ik een Native spoon op. Dit “Rapture” forellenlepeltje is ook anderhalve gram zwaarder dan de vorige, en dat is eigenlijk het dubbele dus. Dit is onmiddellijk voelbaar in de werpafstanden die ik er mee haal. Ik moet afremmen om niet gelijk over het talud te gooien. Het is nog maar pas gevallen als ik voel dat er al een vis heeft toegegrepen. Amai, ze zijn wakker daar!!
Een erg wakker exemplaar
Er liggen er wel meer op scherp daar, en ik oefen het drillen met mijn forellenstokje er op, tot ik het gevoel krijg dat ik het goed onder controle heb, en dat ze nog wat mogen groeien. Dan mag een worp een stuk verder uit de kant. Ik houdt het lepeltje hoog tijdens het binnen vissen. Er gaat een kolk door het wateroppervlak, en nog één, en nog één, BENG gaat het door de top!! Die laatste aanval was duidelijk raak! De hengel gaat helemaal rond, de slip moet direct inspringen, de vis duikt naar beneden en daar vermoed ik een schelpenbank. Aiai, dit keer komt het misschien niet goed? Ik kan deze vis helemaal niet sturen vanop deze afstand. Toch lukt het me na een eindeloos lijkende tijd om hem weer wat meer naar boven te krijgen. Dat lijkt me toch zo, maar waarschijnlijk koos deze zilveren schicht daar eigenlijk helemaal zelf voor; want veel kracht kan ik echt niet zetten met dit hengeltje! Eender hoe, ik kan op die manier toch nog het pleit winnen, en ben blij als ik de rover eenmaal boven de zandbodem heb gekregen. Dat hij dan nog eens richting van een plantenbedje gaat, is minder erg. Dat is te klein om voor problemen te zorgen. Het kan wel als achtergrond dienen voor een foto.
Oef die kreeg ik ook binnen