image description

De Allrounder 63 Zwerven met het gezin door Zuid-Noorwegen (1)

De Allrounder 63  

Zwerven met het gezin door Zuid-Noorwegen (1)  

Door Bart Debaes  

Het is mistig, met lichte regen als we met de overzet aankomen in Stavanger. Dit weerbeeld samen met het zicht op de industriële haven, zorgt er voor dat we niet onmiddellijk wild zijn van de “views” van Noorwegen. Ik zag Noorwegen al op veel mooiere manieren, maar voor mijn vrouw is het haar eerste kennismaking, en die had ze toch wel wat anders voorgesteld.  


Stavanger nogal mistroostig met dit weer. 

Onze tweede indruk is beter als we van de Stavanger haven weg rijden. Zeker nadat we de eerste veerboot namen, wordt het stukken beter. Al op de boot worden we vergast op een prachtig uitzichten, al zou een beter weertje het nog wel mooier hebben gemaakt. Toch roept dit zicht een speciale sfeer op. 


Speciale sfeer.

We hebben deze eerste dag de ‘Preikestolen’ gepland. Dit is een rots die meer dan 600 meter recht opstijgt vanuit het fjord. De stevige wandeling er naar toe is al prachtig op zich. Hier en daar stoppen we om ons te vergapen aan het uitzicht. Nu en dan blijven de “oooch” en “aaaach” niet uit de lucht.


Oooooooch…

Toch vormt de hoge klif het extra. Het is al gauw duidelijk dat ons menselijk brein deze hoogte niet echt kan bevatten. Honderd meter meer of minder zou waarschijnlijk niet echt veel verschil uitmaken. Toch blijft het zeker de moeite om de zware wandeling naar de top te maken. Een mens voelt er zich groots en tegelijk erg klein. 


Meer dan 600m lager ligt het water.

In de heenrit was er geen tijd voor een snelle 'vissinge' aan het pont. Tegen dat ik opgetuigd zou zijn, zou de boot al zijn vertrokken. Daarbij was de regen dat moment ook erg fel, en dat benam me nog meer de goesting. Op de terugweg ligt het anders. We komen net aan bij het pont, als we de boot zien vertrekken. Geluk bij een ongeluk dus, en niettegenstaande de aanhoudende regen, sta ik heel snel achteraan de koffer te rommelen.

In de kortste keren is een hengel klaar en met wat pilkertjes op zak stap ik met rasse schreden naar het pont. Ponten zijn normaal gezien prima stekken, en dus verbaast het me wel een beetje dat het een tijdje duurt, voor de eerste vis mijn blinkende hap te grazen neemt.

Het doet dan des te meer deugt als die eerst tik op de hengeltop doorkomt. Na de aanslag gaat mijn Diamaster lekker rond op deze kleine koolvis. Deze 40-grams hengel heeft echter meer dan voldoende power om de vis van tussen de pijlers weg te houden. Al gauw kan ik pronken met mijn eerste Noorse 2017 vis.


Eerste Noorse van 2017.

Niet veel later is een pollak de klos. Ik plukte hem net naast de verste pijler. Er blijken meer van zijn soortgenoten te liggen, want regelmatig mag ik nu aanslaan op tikken. Ik vernoem tikken, want de beten komen nooit hard door.

Vaak zelfs is er een korte twijfel voor ik aansla, omdat ik niet zeker ben als het planten zijn of vis. Daar ik toch altijd kies om aan te slaan op eender welke vreemd gedoe op mijn hengeltop, bewijst het schuddend veren op die top dat ik daar ook goed aan doe. 


Pollak na een heel lichte aanbeet.

Daarom ben ik niet helemaal zeker als mijn jongste dat allemaal wel goed zal gewaar worden. Het is ondertussen gestopt met te regenen, en hij staat likkebaardend naast me. Beetje bij beetje kreeg hij de laatste weken ook het vissersvirus meer te pakken, en zijn pa de ene na de andere zien drillen, doet hem bijna kwijlen.

Een tweede hengel gaan optuigen kost ons vistijd, en hem alleen zijn ding laten doen terwijl ik optuig, lijkt me niet productief. Dus besluit ik hem bij te staan in zijn poging op een eerst Noorse vis. Het duurt een tijdje, en hij vreest al dat het een maat voor niets wordt, want daar is de veerboot al terug.

Het blijkt echter een andere boot te zijn, en ik wijs hem er op dat zijn kansen nog wat hoger liggen in de stroming van de stuwende motorschroeven. De voorspelling blijkt te kloppen, want in het schuimende water grijpt een kleine pollak zijn kans. Dries mag hij aan de dril. De hengel gaat goed rond op deze kleine vis, maar al gauw zien we de reden hiervoor. De vis is in de flank gehaakt, en natuurlijk gaat hij daardoor nog wilder tekeer.


Drillend in volle stroming.

De stop lijkt dan uit het vat, want ook bij Dries komen nu regelmatig vissen binnen. Hoe meer ik hem zie vangen, hoe meer zin ik natuurlijk ook krijg. De andere veerboot is echter al op komst, dus veel tijd rest ons niet meer. We houden het er op dat we snel om de beurt zullen vissen.

De hengel gaat nog een paar keren weg en weer. Op een gegeven moment gaat de Arca-hengel in Dries handen wel heel erg krom. Eerst denken we opnieuw aan een vis die buiten de bek is gehaakt, toch is dit niet zo.

Het is de eerste lipvis van de reis, en deze wilde vechter zal ons deze trip nog vaak verwonderen over zijn knoklust. Zoonlief zijn oogjes blinken mooi als hij met zijn sterke vangst mag pronken. Het maakt zijn vader al even gelukkig.


Blinkende oogjes.

Daarna moeten we ons haasten naar de wagen om in te schepen. De eerste korte Noorse sessie was alvast een succes.

Bart Debaes

ANDEREN LAZEN OOK