De Allrounder 32
‘Good day – bad day’ (1)
Door Bart Debaes
We vermoeden beiden dat de tijd rijp was. Zeker Wim wou niet meer wachten, nu moest het gaan gebeuren. Ik heb het over de toptijd van ons topwater. We vangen ons dan namelijk te pletter aan de snoeken daar. Meerdere tientallen in de boot per dag is onze doelstelling.
Het vreemde aan dit water is namelijk dat als je er te vroeg bent in het seizoen, of net te laat, dat de vangsten ongelofelijk veel lager liggen.
Soms lijkt het dan zelfs gewoonweg doods. Als je hier op één van dat soort dagen voor het eerst hier zou vissen, dan kom je geheid nooit meer terug.
We starten vandaag in ieder geval al sterk. Wim wou “voor de start van het vangen” nog snel zelf een hapje eten, maar een kleine snoek had blijkbaar net hetzelfde idee. Met de mond nog vol, moest mijn vismaat aan de dril.
Twee minuten bezig en daar is de eerste al.
Wim start zijn ‘Ierlandse systeem’ om zijn vangsten bij te houden. Met een whiteboard-stift zet hij een stippel op zijn hand voor elke gevangen snoek. Wat later zet hij ook een stippel op zijn andere hand, want hij loste net een snoek.
Daar ik mijn tellertje niet bij heb zal ik op dezelfde manier mijn score bijhouden, maar dan op de toppen van mijn lieslaarzen.
Binnen de tien minuten hebben we elk al twee aanbeten, en wordt onze nul bij beide weggepoetst. Wohoo, dat wordt een topdagje!
Die verwachting wordt al gauw nog eens bevestigd op een moment dat Wim zijn shad opheft om er een stuk plompblad van te verwijderen. Een mooie snoek ziet dat blijkbaar niet graag gebeuren, en knalt er achter aan.
Vanwege zijn snelheid komt hij net niet de boot in gevlogen. Hij botst twee keren op de rand ervan, maar zijn zwaartepunt ligt toch net wat teveel richting water. Zo voorkomt hij gelukkig een ganse hoop te voorspellen miserie.
Ik wil het echt niet meemaken dat een niet uitgedrilde vis ligt te spartelen in mijn bootje! Waaw zeg, ze springen bijna gewoonweg letterlijk in de boot! Het zal vandaag wel heel erg makkelijk worden.
In het verdere stuk dat we trollen levert iedere stek waar we vis verwachten, ons ook die aanbeet. Wat opvalt, is dat er veel knappe exemplaren tussen zitten.
Dit is hier normaal een water waar je vooral 40-tigers en 50-tigers vangt. Vaak zijn ze ook niet echt vet gemest. Dit keer zijn ze kloekgebouwd, en geven dan ook goed van jetje in de dril. Een paar van hen halen zelfs de 80 centimeter op het meetlint.
Een donkere tachtiger.
Veel beten komen hard aan op de handhengel, teken dat ze ‘los’ zijn. De buitenhengel heeft het minder te verduren. Als ik echter mag kiezen, dan kies ik ervoor om ze altijd allemaal op de handhengel te vangen; de ‘boenk’ op de top geeft dan iedere keer die verslavende adrenalinestoot.
Als mijn 30 grams Opticast-hengel dan gelijk ook hoepelrond gaat, kan de pret niet op. Het wordt echter nog beter als het gros van de snoeken besluit om ons ook te verwennen met hun luchtacrobatie. Die jumps blijven het hartje beroeren, hoeveel keren je het ook al hebt meegemaakt.
Jumpin Jack Flash.
Voor de bijzitter is dit sowieso een leuk zicht, maar bovendien een spannende doelstelling om op het juiste moment af te drukken voor die ene topfoto.
Er staat nog veel gele plomp. Op de meeste plaatsen is er nog niet door te vissen, ook niet met spinnerbaits. Het water is echter veel helderder dan wat we hier gewoon zijn, dus zou die ‘dwars-door-de-planten-visserij’ toch enigszins moeten lukken.
Echt helder water.
Als we dan toch een paar stekken tegenkomen waar de begroeiing al wat opener is, wisselen we graag het trollen af met wat werpen. Vorig jaar verloor ik in de dril hier nog een hele ferme meter, en die had ik nu graag een nieuwe kans gegund. De meter speelt dat spelletje liever niet mee.
Helaas gaat het ook in die meer open gedeelten nog niet goed. Er zitten teveel losse planten tussen de bladeren in en bijna elke worp eindigt met groen aan het kunstaas.
Toch blijven we proberen. Aanhouder Wim kan er zo na een tijd toch ééntje bijschrijven. Van pal tegen de oeverkant aan, kwam de boeggolf op zijn spinnerbait af.
De klap kon ik vanuit mijn ooghoeken goed waarnemen op zijn hengeltop. De dril moest gebeuren over en tussen zowat 15 meter plomp. Gelukkig was de ‘gevangene’ een springertje, en maakte hij het zo zijn vanger wat gemakkelijker. Ook tegen de boot aan kon hij het springen nog niet laten.
Springer van jewelste.
We komen bij gedeelten van het water aan waar we bijna nooit een snoek vangen. Het is vandaag niet anders. Vreemd toch dat sommige delen lijken te bulken van de rovers, en andere delen er volledig door lijken verlaten te zijn.
Tegen beter weten in, proberen we toch, maar het levert niets op. Wat ook vreemd overkomt, is het feit dat pluggen vandaag helemaal niet scoren; ook niet diegene die het hier normaal wel goed doen. Noch de screamer, noch de Salmo’s, noch de Seducto’s worden gepakt.
Normaal hier prima vangers, maar vandaag dus niet.
Shads zijn dan wel weer gewild. De eigen zelfgietsels en al helemaal die van maatje en topgieter Fluppe Maerschalck zijn regelmatig de klos. Vooral een kleine felgele shad van Fluppe is blijkbaar erg geliefd.
Sommige moeten na een tijdje apart omdat ze eigenlijk dringend naar het ‘shadziekenhuis’ moeten. Een voordeel van Fluppe zijn gebruikte silicone, is dat die drijvend is.
Dus als een staart wordt afgebeten, kan je die recupereren, omdat hij meestal wel boven komt drijven. Thuis kan het geamputeerde deel er dan terug aan worden gesmolten.
Net voor dat ‘het geeltje’ zijn staart weer werd afgebeten.
Na de middag valt het enigszins stil, minder aanbeten, en dan terug de normale, kleinere snoeken. Het vroege ochtenduur, (we zijn op van 03u50) het lekker doorgekomen zonnetje, en het stilvallende van de beten, zorgen er zelfs voor dat Wim wat aan het dommelen gaat.
Een gelukzalige glimlach lijkt door te geven dat hij van een grote bak aan het dromen is. Heel voorzichtig pak ik mijn camera, en verborgen van achter mijn kunstaastas, knip ik hem in zijn onoplettende bui.
Het zou mooi zijn moest hij nu een klap op de hengel krijgen, dan zet ik zijn opschrikkend gezicht met veel plezier er nog eens op.
Stilletjes een snapshot.
Na een tijd gaan de oogjes weer open, en de camera dus weer in de tas. “Een recordverbetering zit er niet meer in hé”, is zijn openingszin. Ik vermoed hetzelfde, maar het kan soms heel snel veranderen hé.
Van na zowat 16.00 uur verwachten we dat het terug op gang zal komen, maar de snoeken denken er vandaag niet zo over. Er komt nu en dan wel nog een beet en ook Wim zijn buitenhengel mag nu regelmatig aan het werk.
Zijn geelrode shad wordt bijna helemaal aan gort gebeten. Als shad kan je beter maar niet geliefd zijn door die groene ‘siliconebijters’; het is echt niet gezond voor lijf en leden.
Nog maar eens een hoop scheuren erbij.
De teller tikt traag, maar gestadig door; zo raken we toch een stukje boven de dertig snoeken. Jaren terug zouden we zeker staan dansen hebben in de boot na zo een superdag, maar een mens komt helaas alles teveel gewoon.
Ohoo, denk nu maar niet dat ik aan het klagen ga, we hadden zeker een pracht van een visdag. We mogen hem bovendien afsluiten met een prachtig zicht. Heel traag komt een luchtballon boven ons vliegen. De wind is bijna volledig weggevallen en we kunnen het gesprek boven ons prima volgen.
Mooi showspel.
De avond zorgt voor sterke afkoeling. Tijd om er mee op te houden. Ik bouw mijn porta-boat ook liever af als er nog licht is, dus glijden we naar onze trailerplek.
Even ons aantal stippels natellen. Wim heeft er het meeste staan op zijn goeie hand. Zijn extra vangsten op zijn buitenhengel leverden hem geen windeieren op. Hij had ook minder lossers.
Hmm, als we niet zoveel missers hadden gehad (en mea culpa, die zijn voor het grootste deel op mijn rechterlaars terug te vinden) dan zou een recordverbetering er toch nog hebben in gezeten.
De score in stippelvorm.
Het zal voor een volgende keer zijn, misschien staan de snoeken nog niet ten volle op hun scherpst. Ik ben in ieder geval graag vrijwilliger om dat uit te proberen. In mijn hoofd ben ik mijn agenda aan het overlopen op zoek naar een gaatje…….
Bart Debaes