Verder uitwerpen van deze hoek levert niets meer op; opschuiven dus, want “my guide of the day” verwacht hier verderop nog vis. Heel wat worpen later komen we opschuivend, beetje bij beetje bij een plek waar een soort van kommetje ligt.
Daar hoor ik mijn schipper zeggen: ”Ze zouden nu toch al moeten gekomen……..”. Zijn zin valt plots stil bij de opslag van zijn ‘hengel-vast-houdende-arm’. Uit mijn ooghoeken zie ik dat die hengel mooi krom is gaan staan.
Terwijl ik naar het schepnet grijp, haal ik aan dat hij best telkens wat eerder één of andere zin uitspreekt dat het niet zo goed loopt. Het is namelijk net op die momenten dat hij dan beet krijgt. Ik houdt me voor het straks ook eens te proberen. Ook deze donkerder gekleurde vis is weer minder groot dan verwacht, maar zeker al beter van formaat. Gelukkig kan Luc na al die grote vissen die hij elk jaar weet te verschalken nog steeds genieten van een wat kleinere vis. “My kind off fisherman “
Toch een slag groter
Verder gebeurt hier niets meer, dus verkassen we en varen naar de overkant. Daar liggen een paar ver uit elkaar liggende stekken die “normaal” ook altijd goed zijn. Op de eerste stek blijkt de begroeiing wel zoals verhoopt. Luc raadt me aan om opnieuw te wisselen naar de Rawbite. Deze crank in het kleur “Blue Herring” loopt ondieper, en zwemt hierdoor netjes boven de plantenbedden.
Luc stuurt de boot erg traag maar secuur aan, zodat we ruim de tijd hebben om het ganse stuk goed uit te kammen. Het blijft duren. Beiden hebben we al een poging gedaan om met een wat klagende zin: ”dat-het-toch-maar-niet-wil-lukken-vandaag”, een aanbeet te forceren, maar dit trucje blijkt uitgewerkt.
Dan slaat “my captain” plots toch aan. In het heldere water is al snel te zien dat dit geen reus zal worden. Nog maar eens het bewijs dat er vandaag niets normaal aan het lopen is. “Normaal” worden nooit dit soort van kleinere snoekbaarzen op deze stek gevangen. De kleine snoekbaars ligt sneller terug dan ik mijn camera kan opdiepen. Luc leest de ontgoocheling van mijn gezicht en diept zijn smartphone op. “Kijk, dit soort slag vang ik hier normaal”, laat hij mij op foto zien.
Het normalere formaat snoekbaars op deze stek
Op de foto is te zien dat Luc ook deze vis ving op een reelhengel met 18°° dyneema op de spoel. Hij schakelt pas over naar een molen met zowat 12°° als het werpgewicht onder de 10gram gaat.
De rest van het vak lijkt visloos, maar de volgende stek lijkt me van op afstand toch echt wel een roofvishol. Zeker als we de stenen dam naderen zijn we beiden overtuigd dat er hier toch iets moet gaan gebeuren. We zijn echter al bijna tot tegen de dam opgeschoven voor er zacht een gewicht aan het uiteinde van mijn lijn gaat hangen. Ik hef, en voel dadelijk aan dat dit wel eens vis zou kunnen zijn. De aanslag volgt direct, en ik mag een robbertje stoeien met mijn tweede soort van de dag.
Mijn tweede soort van de dag
Zo schuimen we nog een grote diversiteit aan stekken af, maar het is blijkbaar te warm geworden voor de rovers om nog actief te zijn. De namiddag schuift snel op.
Ik opper dat de eerste stek waar Luc een paar tikken kreeg, die hij niet kon verzilveren, dan vandaag eigenlijk het meeste opleverde. Misschien kunnen we in het terugkeren die stek nog eens opnieuw aandoen? Een tijd later varen we er naartoe. Terwijl mijn schipper de boot in de perfecte positie legt, grijp ik naar mijn kleinste ter beschikking gestelde Buzzbite. Dit is de 5cm versie in het kleur Steel sardine.
De kleinste in Steel Sardine kleur
Die lonkte mij eigenlijk al de ganse dag daar ik in het voorjaar en zomer wel graag met kleine hapjes aan de slag ga. Mijn gedachte daarachter is dat de prooien waarop nu volop gejaagd wordt meestal erg klein zijn, en dit aasje daar beter bij past. Bovendien is veranderen naar kleiner aas vaak een prima manier om aanbeten te forceren op de moeilijkere dagen.
Om gemakkelijker dit kleine gewicht te kunnen gooien, grijp ik nu naar mijn eigen Evoque-spinhengeltje. Dit lichtste stokje uit een Arca-serie is één van mijn lievelingsstokjes. Ik gebruik het voor heel wat visserijen, en ik kreeg er al “grote” vissen mee binnen.
Eén van mijn lievelingshengels met een “GROTE” vangst
Met de tien honderdste lijn op de Inspiration molenspoel gooi ik gemakkelijker een grote afstand met lichte aasjes. Onderaan de Trabucco dyneema kies ik voor een erg dun stalen onderlijntje, want naar mijn mening lopen kleine plugjes hier veel beter door. Even test ik het crankje uit vlak voor de boot. Ik trek het erg snel door het water, maar het blijft perfect recht lopen, top dus!
De eerste worp moet ik serieus afremmen, of mijn crankje lag op de stenen.
Het is duidelijk dat een molen gemakkelijker verder werpt dan bij het gebruik van een reel, toch bij deze lichte gewichten. Bij het uitvissen van de tweede worp, gaat er dichtbij het stenen eilandje dat we bevissen, een tik door de top. Ik schrik even van hoe snel ik al een beet uitlokte met dit kleine aasje, maar mijn arm sloeg ondertussen al aan. De vis voelt niet klein aan, maar even twijfel ik toch als dit niet een verkeerd beeld is dat mij doorgegeven wordt door mijn lichtere hengel. Als de snoekbaars bovenkomt blijkt hij toch niet slecht van formaat.
Niet slecht van formaat
Debaes Bart