De Allrounder 13 De traditionele openingsdag

De Allrounder 13 

De traditionele openingsdag

Door Bart Debaes

Wat kan de wekker om 03uur50 toch vervelend klinken als je niet uitgeslapen bent. Als het mij te binnen schiet dat het is om de opening mee te maken, klinkt hij toch al wat aangenamer.

Ik ga er straks op uit met wat Felix zijn 'badkuipje' heet. Ruim is zijn tweede bootje niet, maar hij heeft het wel uitstekend ingericht. Een van de voordelen van deze kleine 'zeenimf' is het feit dat we het eender waar in het water kunnen gooien, een trailerhelling hoeft niet.

We zetten onze zinnen op ons traditionele startwater, meestal met een paar bootjes, maar nu lukt dit door omstandigheden niet. In de vele jaren dat we dit doen zijn de vangsten van de eerste dag al heel divers geweest. Dus het wordt afwachten hoe vlot de teller zal lopen.

Na het opbouwen van de badkuip varen we naar de overkant. Pal aan de andere kant van waar de wagen staat, slaat Felix hengel al krom. Een eerste knappe baars komt boven. In het vroege zonlicht blinkt hij in zijn vel.


Blinkend in de ochtendzon.

Tien meter verder slaat dezelfde hengel uit, met een nog wat grotere soortgenoot als gevolg. De volgende vis is een snoekbaars. Het is geen ukkie, maar het is ook geen zwart nestbeschermend mannetje waar we stiekem op hopen.


Vrouwtje? Of is de nestbewakerstijd al voorbij?


Kort daarna is het een snoekje dat de te verwachten soorten-rij vervolledigd. Het springt net uit Felix handen, net als het op de foto moet. We zijn pas twintig minuten aan het vissen; dat belooft!

De aanslagen komen wel allemaal op de hengels van dezelfde eigenaar. De Hottentot en de DLT plug die vorig jaar bij Felix ook al super scoorden, doen het alweer goed. Mijn kunstaas, dat toch als eerste loopt, werd nog niet gegrepen.

Donkere wolken zijn ons snel aan het benaderen. Het ziet er niet zo erg uit, dus als stoere vent stel ik die regenbroek toch nog even uit. Ik monteer een Rappala Dive 2 aan mijn Opticast handhengel.

Ik koos voor de 2.4 meter in de heavy versie, omdat ik vandaag graag met wat stevig trekkend kunstaas had gevist. Het valt me op hoe zuiver ik de pluggen tegen de bodem voel tikken. Helemaal anders dan op de meestal zachtere hengels waarmee ik aan de slag ga.

De regen is toch feller, en duurt een gans stuk langer dan verwacht. Ik voel me nu eerder stom dan stoer. Mijn broek zal de rest van de dag niet meer droog aanvoelen, en mijn lijf zal helemaal afkoelen.

Het is wel een aangenamer gevoel, als ik een eerste tik gewaar wordt in het handvat. De dril voorspelt een behoorlijke vis. Hij mag er inderdaad wezen. Het nameten van de wat magere baars gaat zelfs, tegen mijn ‘lengte-gok’ in, boven de 40 centimeter.


Mager, maar nagemeten boven de veertig.


Mijn nul is weggepoetst, maar het is weer bij Felix dat de beet verder gaat. Wat verder rammelt mijn buitenhengel. Een mooie snoekbaars zag een lekkere hap in mijn Dive 2. Ondertussen nadert ons al een volgend onweer. De regenbroek gaat nu toch snel aan.


Net voor het onweer.


Als weer de kapiteins buitenhengel krom slaat, grijpt hij wat te enthousiast toe. Bij deze draaiende, achterwaartse beweging komt zijn zitting met een rukje los van de bootbank. Hierdoor komt mijn vismaat bijna ten val.

Hij moet de bootrand vastgrijpen om niet in het water te vallen. Hiervoor moet hij echter zijn hengel, met de vis er aan, lossen. Vooraleer we kunnen reageren duikt het handvat al onder.

Snel monteren we elk een shad met zware loodkop, in de hoop van met de dreggen ergens iets van het verdwenen geheel te kunnen grijpen. Naast het feit dat het een behoorlijke financiële aderlating is, vinden we het zeer sneu dat de vis hierdoor misschien wel aan zijn einde zou kunnen komen. Daarenboven is dit zijn lievelings-trol-ensemble.

De Abu reel is nog wel te krijgen, maar de hengel wordt al vele jaren niet meer gemaakt. Na een half uur dreggen houden we er mee op. We besluiten om een paar keren terug naar de plek des onheil terug te komen, in de hoop dat we de plug ergens zullen zien drijven.


Snoekbaars als zoenoffer.


Voorlopig varen we verder het kanaal af. Dit stuurt ons als zoenoffer nog een snoekbaars. Aan het eind van een volgende bui lukt het mijn vismaat ook om een snoek voor de lens te krijgen. Zijn voorsprong loopt steeds verder uit. Toch nog even in de pluggenbak rammelen.


Snoekje aan het eind van de bui.


De zon breekt nu door, en als de voorspellingen juist waren, blijft het nu droog voor de rest van de dag. Het geeft geen slechte weerslag op het roofvisgedrag. Althans niet voor mij. Hoe verder de dag vordert, hoe sneller de vissen geneigd zijn om het eerst voorbijkomende kunstaas te grijpen. Eerste ziet een snoekje een lekkere Chinese hap in mijn gele Timbertiger.


Lekkere timbertiger.


Op een zeer modderig, ondiep stuk loopt deze plug eigenlijk te diep, maar dat mag een kleinere soortgenoot niet weerhouden om in de modderwolk toch toe te slaan. Op de terugweg moeten we nog langs een prima stek. Deze heten we toepasselijk de buitenbocht, en de verwachtingen liggen hoog.

Driewerf helaas, er gaat net een viswedstrijd door. Ik zie dat de eerste mannen nog aan het optuigen zijn, dus mag de hengel nog eventjes uit. Mijn mooiste snoek van de dag ligt hier al klaar te wachten op de scholen vis die straks door het voer zullen gelokt worden, een kenner dus.

De vis vecht als een echte riviersnoek, en de slip op mijn nieuwste Evoque molen moet een paar keren bijspringen. De rover blinkt metalliek groen in de middagzon.


Metalliek groen.


Dan zet mijn kapitein zijn eindspurtje in. Hij start met een prachtig gekleurde baars. Dit soort van prachtige vissen blijven mijn hart beroeren.


Prachtig op kleur.


Na het nemen van wat foto’s trekken we ons opnieuw op gang. Felix z’n plug is nog maar net op diepte of hij mag opnieuw aantikken. Zijn tiende vis van de dag is opnieuw een baars, maar wat is hij toch helemaal anders gekleurd dan de vorige.

Anders, maar opnieuw fotogeniek, wat een massieve kop! De oude krijger zet trots nog eens goed zijn rugvin op als hij wordt gedigitaliseerd.


Trotse oude krijger.

Daarmee is zijn koek op. Ik mag nog eventjes doorgaan, netjes tot aan het dozijn. Ik verlies bovendien nog een vis of vijf tijdens de dril. Er zaten een paar behoorlijke knokkers tussen. Steeds jammer, en ik probeer er steeds een reden voor te vinden, zodat die kan uitgeschakeld worden.

Vaak verklaar ik het omdat ik wat zachtere hengels gebruik. Nu heb ik mijn bijna stugste hengel in de pollen, dus daaraan kan het niet liggen. Of misschien toch? Zou het kunnen dat ik minder hard aantik bij deze hengel? Daar de beten zo hard doorkomen, heb ik misschien te gemakkelijk het gevoel dat ze “al” hangen, en sla ik niet voldoende bij?

Natuurlijk als de vis maar aan een velletje is gehaakt, is de kans dat je hem verliest op een wat stijvere hengel zeker vele malen groter, dat is een feit. De zoektocht naar de hengel die alle beten verzilvert, zal bijgevolg voor eeuwig blijven duren, vrees ik.


Snoekbaars in de stuwing voor de boot.


De gele Timbertiger verleidt nog wat snoekbaars, maar vooral de bomber A blijkt op dit dageinde een gewilde hap. Het zijn steeds knappe baarzen die komen aan te vallen.

Vandaag 22 vissen in de boot, bovendien vingen we eigenlijk maar één vis die kleiner was dan 35 centimeter! We hebben het nog veel slechter gehad.


De volle hap van de Bomber A.


O ja, als er iemand ooit een Rozemeijer hengel met een Abu-reel ergens opvist, laat het me via de redactie weten. We hebben er een mooie beloning voor over.

Bart Debaes
 

ANDEREN LAZEN OOK