image description

Beginnen met vliegvissen (4)

Beginnen met vliegvissen (4) 

Met nimf en droge vlieg op groot water op ruis- en blankvoorn 

De laagstaande zon zet het landschap in een oranje gloed. De zuidwestenwind, die de gehele dag op deze kant stond, begint af te zwakken.

Waar op zomeravonden de windes in kleine scholen de ondiepe kanten afstroopten op zoek naar insecten, is nu geen ring te bekennen. Met lieslaarzen aan waad ik tot aan de glooiing naar dieper water. De vliegenlijn komt op lengte, de leader strekt zich en de vlokreeftimitatie zinkt naar de diepte. Tijdens het terugvissen blijft de beetindicator al na korte tijd staan, een blankvoorn komt met weerzin omhoog. 


Blankvoorn.

De in Nederland ontwikkelde methode van vliegvissen met lichte hengels en lange leaders, waarvan met name Ben Pont de grote promotor genoemd kan worden, kent nauwelijks overeenkomsten elders in de wereld. De lichte vliegenlijn, meestal #3 soms 4, geeft minder weerstand voor een aanbijtende vis. De soepele, lange, negen en tien voets hengels houden de dunne punten zonder problemen heel.

De vijf tot zes meter lange leaders zijn namelijk voorzien van een punt 10 of 12/00 mm nylon of fluorocarbon. Tijdens het werpen heeft een lange leader meer tijd nodig om te strekken, het werpritme wat langzamer maken dus. Het is geen bezwaar als de leader niet geheel gestrekt op het water valt. Dan heeft de nimf ook minder weerstand tijdens het afzinken.

Houd de leader goed ontvet met mud of een ander zinkhulpmiddel, boetseerklei waarin wat afwasmiddel verwerkt is werkt bijvoorbeeld ook prima. Telkens wanneer de leader tot binnen de slangenogen getrokken wordt, als een vis geland wordt onder andere, komt er weer vet aan de leader. 

De nimf rustig binnenvissen
Neem ook de tijd om de leader en nimf af te laten zinken, een halve tot een hele minuut is niet overdreven. Kijk daarbij op je horloge en je ziet hoe lang een minuut werkelijk duurt. Plaats een beetindicator tegen de verbindingsknoop van vliegenlijn en leader, eventueel een tweede op korte afstand daarvan op de leader.

Beetindicators zijn er in vele soorten. Van balsahout, plakkers die om het nylon gevouwen worden, polymateriaal en stukjes feloranje, holle vliegenlijn. Deze laatste bevalt me nog steeds het beste, vooral omdat deze goed door de ogen glijdt als er een vis geland wordt.


Brasem.

Is de nimf eenmaal voldoende afgezonken dan dient ze uiterst langzaam terug gevist te worden. Dit kan door de lijn met achtjes of langzaam strippend in te nemen of door de wind de nimf te laten transporteren. De wind duwt een bocht in de lijn en de nimf beweegt zich daardoor langzaam voort. Af en toe een versnelling tijdens het binnenvissen kan de vis attenderen op de nimf.

Welke nimfen?
Op de eerste plaats diverse vlokreeftimitaties gebonden met mol-, haas- of konijndubbing, verder de Hare's Earnimf, de Tellico in een aantal kleuren en de Zug Bug. Alle nimfen dienen ruim voorzien te zijn van wikkelingen looddraad.

Neem haken met een ruime bocht zodat, ondanks dat de nimfen vrij dik gebonden zijn, er toch voldoende inhakingskans overblijft. Weerhaakloze haken zijn eenvoudig te lossen, al spoedig verdwijnt een gevangen voorn terug naar de diepte.

ANDEREN LAZEN OOK