Door Berthil Bos.
Het roofvisseizoen is inmiddels gesloten, dus gaan we ons weer voorbereiden op het nieuwe. Ik hoop dat het materiaal van jullie het afgelopen seizoen flink op zijn donder heeft gekregen, want dan heb je je uit kunnen leven.
Vooral onderlijnen krijgen het tijdens een visdag flink te voorduren en een voorraadje van dit zo belangrijk materiaal is een must. Vooral op druk beviste wateren zijn details vaak doorslaggevend, zo ook de juiste onderlijn.
Fluorocarbon is ontzettend sterk en kan de krachtexplosies van Esox goed aan.
Dat wij bij het vissen op roofvis onderlijnen moeten gebruiken is gelukkig tegenwoordig geen discussiepunt meer. Ook bij het vissen op predatoren zonder noemenswaardige tanden worden onderlijnen gebruikt, omdat bijvoorbeeld de snoek regelmatig zin heeft in een wat kleiner kunstaasje. Een tandbestendige onderlijn is dus geen issue meer, maar wel het te gebruiken materiaal. Een onderlijn moet ten alle tijden aangepast zijn aan het soort kunstaas dat je gaat gebruiken. Deze moet het aasje niet negatief beïnvloeden, waardoor je presentatie niet honderdprocent is.
Deze ridder had geen argwaan en dacht dat hij met zijn broertje aan het spelen was.
Een materiaal dat de laatste jaren alsmaar populairder wordt bij het roofvissen is het Fluorocarbon. Dit materiaal heeft een lage lichtbrekingsindex, waardoor het bijna onzichtbaar is onderwater. Verder is het veel schuurbestendiger (lees harder) dan nylon en heeft het weinig rek. Deze kenmerken maken Fluorocarbon uitermate geschikt voor het maken van roofvisonderlijnen. Wel moet je de diameter dikker nemen dan het gebruikelijker gevlochten staal en/of titanium. Vanaf 65/00 is het goed bestand tegen snoekentanden. Wel moet je attent blijven op beschadigingen die natuurlijk kunnen optreden. Door de hoge trekkracht van FC zijn deze beschadigingen niet direct desastreus, maar ik neem dan altijd het zekere voor het onzekere. Dit doe ik ook bij gevlochten staal en titanium als ik beschadigingen constateer.
Vooral de grotere vissen zijn argwanend.
Snoekvissers die met wat groter kunstaas op jacht gaan gebruiken graag een diameter van ca 90/00 met een behoorlijke lengte. 60 cm is heel normaal en sommigen gaan nog verder. Ze willen de vis niet afleiden met duidelijk zichtbaar staal en/of titanium en daarbij behorende grote wartels e.d. en benutten de onzichtbaarheid van FC zoveel mogelijk. Vis je nu met midden of klein formaat kunstaas of kunstaas die wat subtieler gevist moet worden, dan zal je zien dat de lengte van 60 cm. met bijbehorende diameter FC te veel negatieve invloeden heeft op de actie en presentatie. Hiervoor moet je de FC-lijn inkorten en/of de diameter verkleinen.
Om redelijk zeker te zijn dat de scherpe tanden van Esox de Fluorocarbon niet in één keer doorsnijdt, zal ik niet dunner gaan dan 65/00. Als je dan ook nog eens de lengte verkleind naar 25 á 30 cm., zal je zien dat je nu ook met klein kunstaas goed uit te voeten kan. Maar………………… zal je wel zeggen, is dit niet te kort als een snoek volledig over het kunstaasje schuift en zit de zichtbare lijn er weer niet te dicht op. In de meeste gevallen is 25 cm. voldoende om het doorsnijden van het dynema te voorkomen.
Maar om toch een zekerheid in te bouwen en om onzichtbaarheid van FC volledig te benutten is hier een oplossing. Ik gebruik tegenwoordig bij mijn presentatie heel vaak een voorslag van FC. Dezen voorslag van ca. 50/00 is tussen de 40 en 60 cm. lang, afhankelijk van de lengte van de hengel. Hierdoor kan ik mijn onderlijn kort houden en hoef ik niet bang te zijn dat de tanden bij het uiterst gevoelige dynema komen. Op het filmpje laat ik zien wat ik hiermee bedoel en hoe je hem gemakkelijk monteert.
Zoals ik al zei, moet je altijd kiezen voor 100% Fluorocarbon en niet hardmono of met fluorocarbon gecoate nylon. Om helemaal zeker te gaan in je keuze zou ik gaan voor SPRO 100% Fluorocarbon Leader. Dit is hoogwaardig Japans Fluorocarbon op kleine handige klosjes. Dus hoef je niet direct een groot aantal meters per diameter te kopen. Deze afsluitbare dispenserspoeltjes zijn er handig in gebruik en houden het springerige FC in toom. Voor elke techniek is er een juiste diameter nl. 65/75 en 85/00.
Tip; Het geheugen van FC zorgt ervoor dat het dikkere FC een stoombad nodig heeft om niet steeds terug te keren naar de vorm van de spoel. Boven bijvoorbeeld een waterkoker strek je de onderlijn met wat kracht en je zal zien dat de lijn mooi recht blijft. Dunner FC, dus ook de voorslag, heeft dit niet nodig.
ADVERTENTIE
ANDEREN LAZEN OOK
