Noord-Ierse visparadijzen (deel 1)

Noord-Ierse visparadijzen (deel 1)

Heel lang nam Noord-Ierland als Engels deel van Ierland een merkwaardige status in. De ‘Troubles’ verdeelden Ulster in verschillende politieke kampen die elkaar het leven flink zuur maakten. Angst bepaalde het straatbeeld. Bomaanslagen en afrekeningen beheersten de voorpagina’s. Over sportvissen kon je beter zwijgen.

door Berend Masselink

Toch sijpelden af en toe wat foto’s door van prachtige zalmen, een 30-ponds snoek of een uitpuilend leefnet vol brasems tijdens een Noord-Ierse viswedstrijd. Het ging hier duidelijk om een walhalla voor sportvissers, maar op wat dappere doorzetters na die het immense sportvispotentieel niet konden weerstaan, bleven de toeristen massaal weg.

Maar zie, de wonderen zijn de wereld nog niet uit: anno 2008 is Noord-Ierland vrij van Troubles en kan het zich richten op een nieuwe toekomst. Welvaart en vooruitgang kan het nu prima gebruiken en dus wordt veel moeite gedaan om het toerisme op gang te krijgen. Ook voor sportvissers gaan de deuren open!


Gently rolling hills…

Noord-Ierland ligt lekker onder handbereik. Anderhalf uur vliegen en je bent er. Met Aer Lingus naar Belfast kost je tegenwoordig iets meer dan 60 euro, ongeveer net zoveel als een treinretourtje 1e klas Nijmegen-Groningen. Vlieg je met de prijsvechter, dan ben je nog eens 20 euro goedkoper uit.

Deze reis is echter niet bedoeld om voor een dubbeltje op de eerste rang te zitten. Een van de reisdoelen betreft namelijk de vismogelijkheden van de landgoederen Belle Isle en Baronscourt, beide in bezit van de Duke of Abercorn, de hertog die samen met zijn vrouw, zonen, management en personeel de twee landgoederen onderhoudt.

Beide locaties bieden naast golfen, kookcursussen en jacht ook exclusieve sportvisserij in combinatie met een verblijf op het landgoed. Interessant omdat de Noord-Ierse visgronden sowieso nog redelijk maagdelijk zijn, terwijl het management van de landgoederen bepaalde voorwaarden aan de sportvisserij kan stellen, waardoor de visserij op soorten als snoek, zalm en forel nog exclusiever en dus beter kan worden uitgeoefend.

 
” Is goed James, ik sta nu even een snoek te drillen, maar over een uurtje komen we aan tafel…”

Belle Isle ligt op zo’n 130 km rijden van Belfast. De huurauto stuurt, wanneer je eenmaal gewend bent aan het links rijden en je de eerste rotondes achter de kiezen hebt, relaxt door het groene landschap, dat in weinig verschilt van de gently rolling hills in de republiek Ierland. Het landgoed ligt niet ver van de stad Enniskillen, de grootste stad en tevens van county Fermanagh. Hier wordt de omgeving bepaald door de meren Upper Lough Earne en Lower Lough Earne die door de rivier Erne worden verbonden.

Enniskillen ligt ongeveer tussen beide meren in langs de rivier. Anders dan je zou denken, ligt de Upper Lough Earne zuidelijker dan de Lower Lough Earne. Doordat de Erne en de meren met de Shannon in verbinding staan, maken ze deel uit van een van de langste waterwegen van Ierland en heeft moedertje Natuur hier zomaar een vissersparadijs ontworpen. Belle Isle is gelegen langs dit paradijs. Het 470 ha grote landgoed met het kasteel en de gebouwen vormt misschien wel het mooiste deel van dit paradijs. Het kasteel dateert van begin 17e eeuw.

Het ernaast gelegen Court House en Coach House (oorspronkelijk voor de paarden en de koetsen) zijn verbouwd tot respectievelijk 8 en 2 luxueuze self-catering appartementen, terwijl het kasteel zelf het summum aan luxe vertrekken, badkamers, smokings rooms en dining rooms herbergt.


Een bruine forel uit de Colebrook River…

Wie de bloemetjes wil buitenzetten, inclusief een verzorgd romantisch dineren, kan zichzelf en partner een onvergetelijke week (of weekend) van zijn leven schenken. Om het zowel de man als de vrouw naar de zin te maken, is er naast het vissen (met gids) een kookschool opgericht waar onder leiding van topkoks cursussen en workshops plaatsvinden. Je leert hier dan ook beslist niet hoeveel minuten de bloemkool moet koken want het betreft zuiver culinaire hoogstandjes waaronder echte Ierse recepten.

In de omgeving van Belle Isle en Enniskillen is verder een aantal interessante estates en kastelen te bezoeken waar je niet alleen prachtig kunt wandelen tussen de eeuwenoude zeldzame bomen, maar ook rondleidingen kunt krijgen in de indrukwekkende gebouwen waar hertogen en graven woonden en soms nog steeds wonen.


In de 8 appartementen van de Court House kun je je eigen potje koken; de slaapkamers bevinden zich op de bovenverdieping

Snoek vindt in het watersysteem rond Belle Isle een ideaal leefgebied. De plantengroei met kranswieren kan behoorlijk dik zijn; rietkragen en moeraslanden langs de oevers bakenen het water af en je vindt er eilandjes, baaitjes, bochten, ondiepe en diepe delen. Gezien de planten en de omvang van het viswater, is het verstandig om een gids in de arm te nemen om de hotspots te zoeken, maar ook om te voorkomen dat je met je schroef vastloopt in de planten. De rijkdom aan snoek wordt tevens bewaakt door bag limits en terugzetverplichtingen van vissen boven de 4 kg.

Ook al vormt snoek de rode draad van de visserij in de meren en de rivier, de locals zijn naast snoek traditioneel gebrand op zalm en forel. De eerste dag laat visgids en vliegvisinstructeur Patrick Trotter ons de Colebrook River zien, niet ver van Belle Isle bij het plaatsje Maguiresbridge. Een schitterend riviertje met limestone en sandstone bodem dat naast de prachtig getekende bruine forel een broedplek biedt aan vele paartjes ijsvogels.

Bovendien trekken er grote meerforellen de Colebrook op wanneer de waterstand opkomt na de regen, om van de rijke onderwaterfauna te komen snoepen. Deze meerforellen kunnen ettelijke ponden wegen tot soms 6 lb. Trotter maakt ons duidelijk dat je prima kunt waden en vissen langs de oevers in de pools en de stroomversnellingen, maar dat het water wel in bezit is van een club en diverse private bezitters. En zoals overal, is het verstandig eerst je oor te luisteren te leggen bij de gidsen of de locals.


‘The instructor of instructors’ drapeert zijn Klinkhamer exact op de vierkante centimeter

Die vertellen je immers de laatste nieuwtjes, de waterstanden en –heel belangrijk- welke vliegen het het beste doen op jouw visdag. Trotter geeft het voorbeeld van een niet bij naam genoemde Engelse vliegvisauteur met tig boeken op zijn naam die er per se met zijn eigen vliegen achter de local trouts aanging en uiteindelijk thuiskwam met een miezerig forelletje van 15 cm. De boodschap is duidelijk.

Niet zelden trouwens scoort de Nederlandse ‘Klinkhamer’ hier het beste en dat mag wel weer eens gezegd worden over deze fantastische internationale kunstvlieg. Vanaf half maart tot eind juni kun je er uitstekend met de droge vlieg vissen, maar uiteraard scoort een nimf ook altijd goed. De optrekkende meerforel uit Lough Earne kun je vanaf half juli op de Colebrook verwachten, en blijkt niet zelden in de schemering het best bevist.


In dit vertrek van Belle Isle is al heel wat visserslatijn met een zachte whiskey weggespoeld

Bovenstrooms toont Trotter en zijn Amerikaanse gast ons enkele prachtige hotspots, waar hij ons meteen als ‘Instructor of instructors’ enkele hogeschoolse worpen laat zien. Niet in volledige uitrusting, want de dag ervoor is Trotter door een ladder gezakt en loopt nu als een oude vent. Wanneer de camera echter verschijnt vermant hij zich heldhaftig en laat ons zien waarom hij zo rijkelijk met internationale oorkondes en diploma’s bedeeld is, wanneer de vlieg met zijn Scierra vliegenhengel tot op de centimeter nauwkeurig op de turfkleurige rivier landt.

Wordt vervolgd!

  


ANDEREN LAZEN OOK